Onderwijs

De zeven principes van Montessori

1. Vrijheid

– ieder kind kan zich in zijn eigen tempo ontwikkelen

Met vrijheid kan het kind zijn of haar eigen ontwikkeltempo bepalen en kan de leerkracht het kind waarnemen om daarmee aan te sluiten bij de ontwikkelbehoefte van het kind.

2. Zelfstandigheid

- via spontane activiteiten

We stimuleren zelfstandigheid bij onze leerlingen. Kinderen gaan spontaan aan de slag met activiteiten. Ze overleggen bijvoorbeeld op eigen initiatief of gaan samenwerken. 

3. Individuele benadering

– omdat elk kind uniek is

Kinderen doorlopen dezelfde ontwikkelfasen, maar verschillen in ervaring, tempo, uithoudingsvermogen, aanleg en karakter. Met de specifieke montessorimaterialen bieden wij voor ieder kind een individuele benadering.

4. Montessorimateriaal

– om jezelf te kunnen ontwikkelen

Het materiaal – zoals de roze toren, geometrisch materiaal en schuurpapier letters – ziet er aantrekkelijk uit en nodigt kinderen uit. Op deze manier ontwikkelen kinderen zichzelf!

5. Voorbereide omgeving
– om zich door te laten inspireren

Kinderen zijn uit zichzelf nieuwsgierig. Een speciaal ingericht leeromgeving inspireert kinderen. Zo kunnen kinderen leren en zichzelf ontplooien door op ontdekkingstocht te gaan.

6. Groepsindeling

– om van andere kinderen te kunnen leren

Op onze school zitten kinderen van verschillende leeftijden bij elkaar in één klas. Groep 0, groep 1 en 2 zitten in de onderbouw, groep 3, 4, en 5 in de middenbouw en groep 6, 7, en 8 in de bovenbouw. Jongere kinderen laten zich inspireren door oudere kinderen en oudere kinderen leren jongere kinderen te helpen. Zo leren onze leerlingen van én met elkaar!

7. Diverse werkvormen

– om een verschillende vaardigheden te leren

De kinderen zitten bij ons in groepjes, aan tafeltjes die ze kunnen verplaatsen. Kinderen zitten niet stil maar leren op diverse plekken in de klas of in buiten. Voorop staat het individuele werken op basis van vrije werkkeuze. Uiteraard begeleidt de leerkracht de kinderen in deze vrijheden.